CODART, Dutch and Flemish art in museums worldwide

Bloemen onder de loep: hommage aan Linnaeus

Flowers under the magnifying glass: a homage to Linnaeus Exhibition: 27 January - 3 June 2007

Herman

Herman Henstenburg, Tulips

In celebration of the 300th anniversary of the Swedish botanist Carolus Linnaeus (1707-78), who studied and worked in the Netherlands from 1735 to 1738. In collaboration with the National Herbarium Nederland, Teylers Museum is presenting an overview of depictions of flowers mainly by Dutch artists or artists who worked in the Netherlands.

From the museum website

De 300ste geboortedag van de Zweedse plantkundige Carolus Linnaeus (1707-1778) in 2007 is voor Teylers Museum aanleiding voor de grote tentoonstelling Bloemen onder de loep. Hommage aan Linnaeus. In samenwerking met het Nationaal Herbarium in Leiden laat het museum van 27 januari t/m 3 juni 2007 zien hoe bloemen en planten in de afgelopen eeuwen werden afgebeeld en beschreven, zowel voor als na Linnaeus.

In 1735 legde Linnaeus in zijn Systema naturae zijn ideeen vast omtrent de indeling van de natuur in families, geslachten en soorten. De indeling van Linnaeus was gebaseerd op uiterlijke kenmerken van planten. In zijn Species plantarum uit 1753 beschreef hij zo’n 10.000 verschillende planten in het binominale systeem. Dat was destijds het aantal soorten dat men kende, hetgeen weinig lijkt in vergelijking met de 250.000 soorten die nu beschreven zijn, maar veel in vergelijking met de aantallen uit de Middeleeuwse kruidboeken.

Linnaeus’ revolutionaire indeling van de natuur, zonder enige afbeelding, maakte het voor geleerden en kunstenaars overal ter wereld mogelijk botanische kennis uit te wisselen. Een stroom van determinatiewerken, en nu geillustreerd, was het gevolg. Maar hoe verbeeldde men de natuur voor die tijd en welke gevolgen had de nieuwe indeling voor wetenschappers én kunstenaars? De tentoonstelling toont de ontwikkelingen in het afbeelden en beschrijven van het plantenrijk aan de hand van fraaie kleurrijke tekeningen en herbariumbladen in combinatie met vroege kruidboeken, zeldzame hortusboeken van vorsten en steden en tulpenboeken.

Werk van bekende namen als Jacob Marrel, Agneta Blok, Maria Sybilla Merian, Herman Henstenburg, Cornelis Saftleven en Henriette Ronner – Knip zullen op de tentoonstelling niet ontbreken. Maar ook eigentijdse botanische tekeningen die nog steeds voor wetenschappelijke beschrijvingen worden gebruikt, zijn op de tentoonstelling te zien.

Veel tekeningen en boeken worden bewaard in de verzamelingen van Teylers Museum, maar ook het Nationaal Herbarium bezit een belangrijke collectie op dit gebied. Ook zullen bruiklenen uit het Rijksmuseum te zien zijn. Rondleidingen voor groepen zijn op aanvraag mogelijk.