The title of the organization is misleading. Since a change in the statutes a few years ago, membership is open to other art historians than Dutch ones only.
Congres information
Het Nationaal Kunsthistorisch Congres, de jaardag van de Vereniging van Nederlandse Kunsthistorici, wordt dit jaar op zaterdag 24 november aanstaande gehouden in Dordrecht en zal grotendeels in het teken staan van de dit jaar georganiseerde Manifestatie Historisch Interieur 2001. Na de jaarvergadering zal de bibliografie van Nederlands onderzoek naar beeldende kunst en kunstnijverheid 1700-1900 worden aangeboden aan Peter Schoon, directeur van de Dordtse musea, en zal Anne van Grevenstein, directeur van de Stichting Restauratie Atelier Limburg, de hoofdlezing houden.
Na de lunch kan men kiezen uit twee verschillende programma-onderdelen: of een lezingencyclus met betrekking tot het recent heropende Museum Van Gijn – museum aan huis, of drie verschillende rondleidingen met uitleg door het Dordrechts Museum (zie verder het programma).
Vervolgens wordt een bezoek gebracht aan Museum Van Gijn – museum aan huis, waarna in het stadhuis van Dordrecht de borrel plaatsvindt, met een korte toespraak van de wethouder Kunsten en de uitreiking van vier kunsthistorische prijzen (zie verder het programma).
Gezien de te verwachten toeloop is het noodzakelijk dat u zich van te voren opgeeft.
De totale kosten verbonden aan deze dag (inclusief koffie, lunch, thee en borrel) bedragen f 30,- per persoon. U dient dit bedrag vóór 19 november aanstaande over te maken op postgiro 569560, ten name van de penningmeester van de Vereniging van Nederlandse Kunsthistorici te Utrecht, onder vermelding van ‘inschrijfgeld NKC 2001’. Let wel, het is niet mogelijk ter plaatse te betalen!
Op de dag zelf dient u zich tussen 09.30 en 10.00 uur te vervoegen in het Dordrechts Museum (Museumstraat 40; vanaf het NS-station bereikbaar met bus 20 of lopend in ongeveer 15 minuten; voor degenen die met de auto komen: de dichtstbijzijnde parkeermogelijkheid is garage Drievriendenhof/Museumstraat). In het museum meldt u zich aan bij de inschrijfbalie, waar u een badge ontvangt en een plattegrond van het centrum van Dordrecht.
Programma van het Nationaal Kunsthistorisch Congres
Op zaterdag 24 november 2001 in het Dordrechts Museum, het Museum Van Gijn – museum aan huis en het stadhuis van Dordrecht (adressen: Dordrechts Museum, Museumstraat 40, tel. 078-6482148; Museum Van Gijn, Nieuwe Haven 29, tel. 078-6133793; stadhuis, Stadhuisplein 1, tel. 078-6132273).
09.30-10.00 uur Inschrijving en ontvangst met koffie/thee in de hal van het Dordrechts Museum.
10.00-10.30 uur Algemene Ledenvergadering van de VNK in de aula van het Dordrechts Museum.
10.30-10.45 uur Koffie/thee in de hal van het Dordrechts Museum.
10.45-10.50 uur Aanbieding van de Bibliografie van Nederlands onderzoek naar beeldende kunst en kunstnijverheid 1700-1900 door Nederlandse en in Nederland werkzame auteurs, gepubliceerd in de periode 1991 t/m 2000 (18de eeuw) en 1996 t/m 2000 (19de eeuw) door de samensteller drs. Roman Koot, bibliothecaris van het Kunsthistorisch Instituut van de Universiteit Utrecht, aan drs. Peter Schoon, directeur van de Dordtse musea, in de aula van het Dordrechts Museum.
10.50-11.00 uur Welkomstwoord door drs. Peter Schoon.
11.00-12.00 uur Hoofdlezing door Anne van Grevenstein, directeur van de Stichting Restauratie Atelier Limburg. De titel van haar lezing is ‘De toekomst van de restauratieopleidingen in Nederland’
12.00-13.00 uur Lunch in de hal van het Dordrechts Museum en mogelijkheid om het museum op eigen gelegenheid te bezoeken.
13.00-14.30 uur Een lezingencyclus betreffende het recent heropende Museum Van Gijn – museum aan huis in de aula van het Dordrechts Museum:
- Cees Rouw, architect van Architectenbureau Rouw & De Kock, Dordrecht, dat de restauratie uitvoerde: ‘De restauratie van Museum Van Gijn’
- Drs. Chris de Bruijn, conservator kunstnijverheid van de Dordtse musea: ‘De inrichting van Museum Van Gijn’
- Dr. Eloy Koldeweij, coördinator interieurs bij de Rijksdienst voor de Monumentenzorg, Zeist: ‘De goudleerkamer uit De Rozijnkorf’
of:</br />
Drie rondleidingen in groepen van maximaal 12 personen door het Dordrechts Museum - Drs. Peter Schoon, directeur van de Dordtse musea, en drs. Sander Paarlberg, gastconservator: een keuze uit de vaste opstelling: Jacob en Aelbert Cuyp, Dordtse Rembrandt-leerlingen en Ary Scheffer.
- Drs. Moniek Peters, conservator moderne en hedendaagse kunst van de Dordtse musea: rondleiding met uitleg over de tentoonstelling van schilderijen, tekeningen en grafiek van Ad Gerritsen uit de periode 1980 tot heden, met als vier hoofdthema’s: Verbeelde kriminelen, Artificiële chaos, Reproductie van de soort en Interieurs.
- Bezoek aan het restauratieatelier van Jos Deuss, restaurator van de Dordtse musea: uitleg over de restauratie van schilderijen in zijn atelier (naar alle waarschijnlijkheid zullen dit twee werken zijn van Jacob Gerritsz. Cuyp).
14.30-15.00 uur Wandeling door het centrum van Dordrecht naar Museum Van Gijn – museum aan huis.
15.00-16.30 uur Mogelijkheid om het museum op eigen gelegenheid te bezoeken, terwijl Peter Schoon, Chris de Bruijn, Jos Deuss, Cees Rouw en Eloy Koldewij aanwezig zullen zijn om toelichtingen te geven en vragen te beantwoorden.
16.30-17.00 uur Wandeling naar het stadhuis van Dordrecht.
17.00-17.05 uur Korte toespraak door mevrouw Jannie van der Loos, wethouder Kunsten van de gemeente Dordrecht.
17.05-18.30 uur Borrel aangeboden door de gemeente Dordrecht en uitreiking van vier Nederlandse kunsthistorische prijzen: de Karel van Mander-prijs II (voor een publicatie op het gebied van de geschiedenis van de architectuur en de daaraan verwante toegepaste kunst), de Jan van Gelderprijs (voor een publicatie op het gebied van de beeldende kunsten, architectuur en toegepaste kunst; auteur ten hoogste dertig jaar oud), en de Artifex-prijs (voor kunsthistorici die zich op een andere wijze dan door publicaties verdienstelijk hebben gemaakt).18.30 uur Einde van het programma.
Agenda Algemene Ledenvergadering van de Vereniging van Nederlandse Kunsthistorici op zaterdag 24 november 2001 in Dordrecht
- Opening
- Mededelingen
- Vaststelling van het verslag van de Algemene Ledenvergadering zaterdag november 1999 (zie Kunsthistorici XI, 5-6, 2000)
- Bestuurswisseling
Mevrouw drs. E.J.C. Raassen-Kruimel (gewoon lid) en de heer drs. A.J. van Run (penningmeester) hebben een termijn voltooid en zijn herkiesbaar voor de tweede termijn. De heer drs. Ch. Dumas (gewoon lid) heeft twee termijnen voltooid en dient overeenkomstig de statuten thans af te treden. - Financiën (verslag 2000 en goedkeuring door de kascommissie, concept-begroting 2002 en benoeming nieuwe kascommissie; zie Toelichting)
- Bibliografie
- Wat verder ter tafel komt
- Rondvraag
- Sluiting
Inschrijfformulier
voor Het Nationaal Kunsthistorisch Congres op zaterdag 24 november 2001. S.v.p. vóór 19 november aanstaande opsturen naar:
Ch. Dumas
Rusthoekstraat 48
2584 CV ‘s-Gravenhage
Naam …………………………………………………
Adres ………………………………………………..
Postcode en woonplaats …………………………………
Telefonisch bereikbaar …………………………………
geeft zich hierbij op voor het Nationaal Kunsthistorisch Congres op zaterdag 24 november 2001 en verklaart het verschuldigde bedrag ad f 30,- overgemaakt te hebben op postgiro 569560 ten name van de Vereniging van Nederlandse Kunsthistorici te Utrecht, onder vermelding van `inschrijfgeld NKC 2001’.
Hij/zij geeft de voorkeur aan:
- Lezingencyclus
- Rondleidingen
Bibliografie Kunstgeschiedenis 18de en 19de eeuw
Voor de achtste achtereenvolgende keer brengt de Vereniging van Nederlandse Kunsthistorici een bibliografie uit over een deelgebied van de kunstgeschiedenis. De bibliografie valt dit keer in twee delen uiteen en heeft dan ook een buitengewoon lange en ingewikkelde titel: Bibliografie van Nederlands onderzoek naar beeldende kunst en kunstnijverheid 1700-1900 door Nederlandse en in Nederland werkzame auteurs, gepubliceerd in de periode 1991 t/m 2000 (18de eeuw) en 1996 t/m 2000 (19de eeuw). De bibliografie is samengesteld door drs. Roman Koot, bibliothecaris van het Kunsthistorisch Instituut van de Universiteit Utrecht. Beide delen worden van een commentaar voorzien door respectievelijk Charles Dumas (18de eeuw) en Saskia de Bodt (19de eeuw).