Curator
Han Steenbruggen, curator at the Groninger Museum
From the website of the Groninger Museum
The artists’ association ‘De Ploeg’ was founded in 1918 in reaction to the artistic climate in Groningen. A number of young artists felt they did not have enough opportunity to develop themselves and exhibit their work. They hoped that as a group they would be able to exhibit their work and also organize exhibitions and lectures through which artists and the general public could learn about recent developments in art, architecture and literature. Among the initiators were Jan Wiegers, Johan Dijkstra, George Martens and Jan Altink. The name for the association was Altink’s idea. He felt that a lot of ground had to be broken with regard to modern art in Groningen and suggested that ’De Ploeg’, Dutch for ‘the plow’, should be their name.
The association had no formal agenda: anyone who concerned themselves with art in a ‘serious’ fashion was eligible for membership. ‘De Ploeg’ members worked in all manner of art from the outset.
‘De Ploeg’ as an artist’s association exists to this day, but its importance in the history of art lies in the twenties of the last century. An Expressionist school within ‘De Ploeg’ was soon followed by an Impressionist one, both of which were characterized by strong ties to the region and an international artistic orientation. Important members of ‘De Ploeg’ at the time were, among others: Jan Wiegers, Johan Dijkstra, Hendrik Nicolaas Werkman, George Martens, Jan Jordens, Jan van der Zee en Job Hansen.
Expressionism
At an early stage a group of painters which took its inspiration from Expressionism, was formed within ‘De Ploeg’, led by Jan Wiegers. From 1922 on, they had a major influence on all the association’s activities. Wiegers’ art had already tended towards Expressionism but it wasn’t until he travelled to Switzerland that he was fully converted. Illness brought him to Davos in 1920-1921, where he became acquainted with the leading light of the German Expressionist movement, Ernst Ludwig Kirchner. His personality and style made a lasting impression on Wiegers and when he regained his health he introduced the new trend in Groningen. Wiegers inspired Altink, Dijkstra, Werkman, Martens and others to experiment with colour, wax paint and expressive forms of graphic art. The Expressionism of ‘De Ploeg’ has its roots in the work of Vincent Van Gogh, Edvard Munch and Piet Van Wijngaerdt, yet found its framework in the work of Kirchner.
The period during which Groninger Expressionism was at the fore within ‘De Ploeg’, did not last long. Wiegers and Altink toned down their palette somewhere around 1926 and Dijkstra reverted to a more impressionist way of working three years later. Werkman hadn’t been so strongly swayed by Kirchner’s style as they had been, and went on to develop his own expressionist style of painting, although his main concern lay in printing. He started off using his hand-press, and then switched to stamp and stencil techniques, to make the prints, both figurative and abstract, which were to become famous.
Constructivism
Constructivism was an autonomous development in modern art in Groningen, that started off in 1923 in the work of Wobbe Alkema, Jan Van Der Zee, and in the printing of Hendrik Werkman. Constructivism was never to be as important to ‘De Ploeg’ as Expressionism, for a number of reasons: Van Der Zee only produced Constructivist work for a year; Werkman worked in an Expressionist vein as well as Constructivist; while the one true Constructivist, Alkema, was only a member from 1925 until 1926, for less than a year. Alkema produced most of his work outside the confines of ‘De Ploeg’.
Impressionism
Somewhere around 1927 a second period began in which a certain style became prominent within ‘De Ploeg’, mainly due to Altink. It was more impressionist, with a very expressive brush technique, and made use of light, transparent colours. Job Hansen and Altink created the most stunning work in this fashion. Hansen developed his own unique technique, in which oil colours were diluted and then used like watercolours on specially prepared panels. The manner in which his expressivity was coupled to the material he used, heralded the experimental and abstract-expressionist types of art that would develop after the Second World War.
From the website of the Stedelijk Museum Alkmaar
Deze zomer toont het Stedelijk Museum Alkmaar de hoogtepunten van het Groninger expressionisme. De felgekleurde schilderijen zijn afkomstig van de kernleden van de kunstenaarsvereniging De Ploeg: Jan Altink, Johan Dijkstra, Jan Jordens, George Martens, Hendrik Werkman en Jan Wiegers. Hun gloeiende landschappen en indringende portretten zijn onverminderd krachtige gevoelsuitingen van kunstenaars die in hun tijd veel beroering veroorzaakten.
Jan Altink
Na het bezoek, 1925
Was/olieverf op doek
Collectie Groninger Museum
Zij verbeelden het Groninger land met z’n wegen, kanalen en boerenbevolking op een manier die nieuw is in de Nederlandse schilderkunst. In hun doorleefde schilderijen, herkenbaar aan een hoge horizon en grote kleurvlakken, is steeds de relatie tussen mens en aarde voelbaar. Kenmerkend zijn de uitgestrekte velden met in de verte de contouren van een dorp of het silhouet van een stad en het gebruik van niet-realistische kleuren. Met hun interpretaties van het Groninger landschap leveren ze een geheel eigen bijdrage aan de ontwikkeling van de moderne kunst aan het begin van de twintigste eeuw. Het zijn jonge kunstenaars die in 1918 De Ploeg oprichten op zoek naar nieuwe uitdrukkingsvormen aansluitend bij hun expressionistisch getinte levensgevoel. De drang naar vernieuwing en hartstocht wordt mede ingegeven door het werk van hun beroemde voorgangers Paul Cézanne en Vincent van Gogh. Toch zullen niet Franse, maar uiteindelijk vooral Duitse invloeden het Groninger expressionisme wezenlijk gaan bepalen.
Jan Jordens
Landschap met berken, 1920
Olieverf op doek
Particuliere collectie
Als Jan Wiegers in de jaren 1920 – 1921 in Zwitserland verblijft om te herstellen van een longaandoening, ontmoet hij daar de schilder Ernst Ludwig Kirchner, de voorman van het Duits expressionisme. Kirchner vindt zijn inspiratie in de bergdorpen en bij de boerenbevolking. Zijn stijl en techniek worden door Wiegers in Groningen geïntroduceerd en door andere kunstenaars omarmd als een nieuwe wijze om emoties te verbeelden. De aan Kirchner ontleende op kleur en vlak gerichte stijl ervaren zij als mogelijkheid om het Groninger landschap op oorspronkelijke wijze vorm te geven.
Jan Wiegers
Portret van Johan Dijkstra, 1927
Was/olieverf op doek
Collectie Groninger Museum
Zijn techniek waarbij olieverf wordt gemengd met een mengsel van bijenwas en wasbenzine, waardoor de verf snel droogt, biedt grote voordelen voor het werken in het open veld. In deze was/olieverf kunnen de meeste landelijke taferelen ter plekke worden vastgelegd waarbij de kleurwerking optimaal blijft.
De expressionistische levenshouding en mentaliteit spreken ook uit de portretten die de schilders van elkaar maken. Het zijn geen realistische weergaven, maar kleurrijke en expressieve uitingen van het contact tussen vrienden. De vrijheid die de kunstenaars hierbij voelen levert sterk uiteenlopende typeringen op. Ze behoren tot de hoogtepunten van het Groninger expressionisme.
Behalve schilderijen zijn in de tentoonstelling tekeningen, robuuste houtdrukken en etsen opgenomen.
Jan Wiegers
Schaakspelers, 1920
Houtdruk, inkt op papier
Particuliere collectie
De grafiek van de Groninger expressionisten behoort tot het beste wat er in Nederland in die tijd wordt gemaakt. Vanuit hun behoefte aan elementaire ambachtelijkheid experimenteren de kunstenaars met allerlei nieuwe technieken. Naast de schilderijen geven deze grafische uitingen een beeld van de bloeiperiode van het Groninger expressionisme. Het bijzondere drukwerk dat Hendrik Werkman voor De Ploeg maakte, komt ook in deze periode tot stand.
De tentoonstelling is samengesteld door Han Steenbruggen, conservator van het Groninger Museum.Het Groninger Museum en vele particuliere bruikleengevers verleenden hun medewerking om deze hoogtepunten van het Groninger expressionisme opnieuw te verenigen.
Vuurrode dorpen!
Wind wuivend de kruinen der bomen,
helle dorpen, rood, groen en wit.
Giftiggele koolzaadvelden met
miljoenen bijen, triljoenen insecten.
Goud het broze riet in ‘t voorjaar,
als de noordewind blauw vuur
slaat uit de watertochten.
Geel het koren in de zomer,
zweterige zwarte knechten
en bloeiende meiden,
sterk en weelderig als de grond
die vruchtbaarheid braakt.
Johan Dijkstra
Boek
Bij de tentoonstelling verschijnt het boek Schilders van de velden. Hoogtepunten van het Groninger Expressionisme door Han Steenbruggen. Verkrijgbaar in de museumwinkel, Canadaplein 1, 1811 KE Alkmaar. Prijs € 19,50.